Waarom zijn spitsstroken dicht bij mist?

We monitoren spitsstroken met camera's vanuit de verkeerscentrale. Voor we deze openen bekijken we eerst of er bijvoorbeeld niemand met pech staat of dat er geen voorwerp ligt. Daarnaast kunnen we met behulp van camera's de spitsstrook gelijk sluiten als er een incident gebeurt, zoals een ongeval of pechgeval.

Minder goed zicht via de verkeerscamera's

Mist kan ervoor zorgen dat we onvoldoende zicht hebben met de camera’s op de spitsstrook. Hierdoor kunnen we niet direct in actie komen na een incident, terwijl dat wel belangrijk is. Of als een voorwerp op de spitsstrook ligt.

Zo sluiten we normaal gesproken de spitsstrook gelijk af als er sprake is van een incident. Een gesloten spitsstrook dient dan als vluchtstrook, zodat auto's hier veiliger kunnen staan.

Wanneer we geen (goed) zicht hebben én de spitsstrook blijft beschikbaar, is er geen uitwijkmogelijkheid. Dit kan zeer gevaarlijke situaties opleveren. Ook kunnen hulpdiensten sneller ter plaatse komen door gebruik te maken van de vluchtstrook.

Daarom blijven spitsstroken dicht als het zicht niet goed is via de camera's, ook al is het druk op de weg. We kunnen het verkeer dan namelijk niet voldoende in de gaten houden om de veiligheid te waarborgen.

Advies voor weggebruikers

Rijkswaterstaat adviseert weggebruikers om hun rijstijl bij mist en/of slecht zicht aan te passen. Ook is het voeren van de juiste mistlampen belangrijk.